Leuke puzzels en raadsels voor op de achterbank

Leuke raadsels voor op reis? Tijdens die lange autorit heb je soms je handen vol aan de kinderen op de achterbank. Hieronder enkele bekende en minder bekende raadsels om je medepassagiers een tijdje bezig te houden! En het leuke is, je speelt gewoon mee van achter het stuur. De antwoorden vind je onderaan deze pagina... tijd voor een spelletje!

1. Nadenken

Wat moet je toevoegen om 6 te krijgen?

I X

---

2. Hardloopwedstrijd

Je doet mee aan een hardloopwedstrijd. Je haalt de tweede in. Hoeveelste ben jij?

---

3. Kabouter raadsel

Drie kabouters moeten van hun koning een test ondergaan. De kabouters krijgen ieder een blinddoek om en vervolgens een rode of blauwe puntmuts op. Tenminste een van de mutsen is rood.
Dan maakt de koning de blinddoek van de eerste kabouter los, zodat de kabouter de mutsen van de andere twee kan bekijken. Zijn eigen muts kan de kabouter niet zien.

"Welke kleur heeft jouw muts?" vraagt de koning aan de eerste kabouter. De eerste kabouter heeft natuurlijk geen idee.
Dan maakt de koning de blinddoek van de tweede kabouter los en vraagt aan de tweede kabouter of die dan de kleur van zijn muts weet... Ook kabouter twee heeft geen idee.
Voordat de koning naar kabouter drie kan gaan roept deze "ho maar, ik weet het al!".
Welke kleur heeft de muts van kabouter drie? En hoe weet hij dat?

---

4. De bus

Je rijdt in een bus.
Bij de eerste bushalte stappen twee mensen uit en drie mensen in.
Bij de tweede halte stappen drie mensen uit en vier in.
Bij de volgende stop gebeurt hetzelfde, net zolang de bus vol is.
Hoe oud is de chauffeur?

---

5. De donkere kamer

In een kamer hangt een gloeilamp. De ruimte heeft geen ramen en je kan aan de buitenkant niet zien of het licht brand. Aan de buitenkant van de kamer zitten 3 schakelaars. Welke schakelaar is van de gloeilamp? Je mag maar 1 keer kijken.

---

6. Flauw raadsel

Een slager is 1 meter 80 en heeft schoenmaat 44. Wat weegt hij?

---

7. Maak het rijtje af

1 = 2
2 = 5
3 = 9
4 = 12
5 = ?

---

8. Drie deuren

Er zijn drie deuren.
Achter de eerste deur zitten vier moordenaars op jou te wachten.
Achter de tweede deur ligt een leeuw die al drie maanden niet gegeten heeft.
Achter de derde deur brandt een heftig vuur.
Door welke deur ga je?

---

9. De splitsing (een klassieker!)

Tijdens een lange reis kom je op een splitsing. Je weet niet welke kant je op moet. De ene weg leidt naar het stadje waar je graag naar toe wilt. De andere naar een gevaarlijk bos vol met rovers.
Bij de splitsing staan twee oude mannetjes. Maar een van die mannetjes liegt altijd. De andere spreekt altijd de waarheid. Je mag 1 vraag stellen. Welke?

---

10. De lening

Je leent 50 euro van je vader en 50 euro van je moeder.
Je koopt een jas van 97 euro.
Je houdt dus 3 euro over.
Je geeft allebei je ouders een euro terug. Je moet je ouders dus nog ieder 49 euro betalen.
Maar... 49 + 49 = 98. Plus die euro die je zelf nog hebt is 99 euro. Waar is die andere euro?

---

Voor antwoorden scroll naar beneden.

---

Antwoorden

1. Nadenken - Antwoord: De oplossing is om een "s" toe te voegen: S�I�X

2. Hardloopwedstrijd - Antwoord: tweede

3. Kabouter raadsel - Antwoord: Kabouter 1: Als de muts van K2 en K3 blauw zijn, dan had K1 geweten dat zijn muts rood was. Hij wist het niet, dus zijn muts is blauw.
Kabouter 2: Als de muts van K1 blauw is en die van K3 ook, dan heeft K2 een rode muts. Maar K2 wist het niet, dus heeft hij een blauwe muts.
Kabouter 3 heeft dus de rode muts.

4. De bus - Antwoord: jouw leeftijd. Jij rijdt immers!

5. De donkere kamer - Antwoord: Je zet schakelaar 1 aan en wacht een tijdje. Dan zet je schakelaar 1 uit en doet schakelaar 2 aan en gaat meteen in de kamer kijken. Is de gloeilamp gloeiend heet, maar uit? Dan is het schakelaar 1. Brandt de lamp? Dan is het 2. Is de lamp koud en uit? Dan is het schakelaar 3.

6. Flauw raadsel - Antwoord: Een slager weegt vlees.

7. Maak het rijtje af - Antwoord: Als 2 = 5 dan is 5 = 2.

8. Drie deuren - Antwoord: Deur 2 met de leeuw. Die is na drie maanden zonder eten wel dood.

9. De splitsing - Antwoord: Vraag aan een mannetje: "Waar zou de andere man mij naar toesturen als ik hem vraag welke kant het dorp op is?" Sla de andere weg in.
Als je die vraag aan de leugenaar stelt, dan wijst hij de verkeerde weg als antwoord. Als je deze vraag aan de waarheidsspreker zou stellen, dan geeft hij ook de verkeerde weg als antwoord.
Zo weet je welke weg het niet moet zijn en neem je dus de andere weg.

10. De lening - Antwoord: Je moet die ene euro er niet bij optellen, maar juist van aftrekken. Dan kom je weer op 97 euro uit + de 3 euro = 100 euro.